Situatie B: De printer configureren voor DSL
2. Zet de Automatisch antwoorden-instelling aan.
3. (Optioneel) Zet Hoe vaak overgaan op de laagste instelling (tweemaal overgaan).
4. Voer een faxtest uit.
Wanneer de telefoon overgaat, antwoordt de printer automatisch na het aantal belsignalen dat u
hebt ingesteld met de instelling Hoe vaak overgaan. De printer begint tonen voor het ontvangen
van een fax uit te zenden naar het verzendende faxapparaat en ontvangt de fax.
Situatie B: De printer configureren voor DSL
Als u een DSL-service hebt via uw telefoonmaatschappij en geen apparatuur op de printer
aansluit, volg dan de instructies in dit gedeelte om een DSL-filter aan te sluiten tussen de
Faxen instellen (parallelle telefoonsystemen)
181
telefoonaansluiting en de printer. Het DSL-filter verwijdert het digitale signaal dat de printer kan
verstoren, zodat de printer goed kan communiceren met de telefoonlijn. (DSL wordt in uw land/
regio mogelijk ADSL genoemd.)
Opmerking Als u over een DSL-lijn beschikt en u geen DSL-filter gebruikt, kunt u met de
printer geen faxberichten verzenden en ontvangen.
Achteraanzicht van de printer
1
3
2
1
Telefoonaansluiting op de wand
2
DSL-filter (of ADSL-filter) en het door de DSL-provider geleverde snoer
3
Gebruik het telefoonsnoer dat bij de printer is geleverd en verbind dit
met de 1-LINE-poort.
U moet mogelijk het bijgeleverde telefoonsnoer aansluiten op de
adapter voor uw land/regio.
De printer installeren met een DSL-lijn
1. U kunt een DSL-filter aanschaffen bij uw DSL-provider.
2. Gebruik het bij de printer geleverde telefoonsnoer om een verbinding te maken tussen de
open poort op de DSL-filter en de poort met het label 1-LINE op de achterzijde van de printer.
Opmerking U moet mogelijk het bijgeleverde telefoonsnoer aansluiten op de adapter
voor uw land/regio.
Als u niet het meegeleverde snoer gebruikt om het DSL-filter aan te sluiten op de printer,
kunt u mogelijk niet goed faxen. Dit speciale telefoonsnoer verschilt van de
telefoonsnoeren die u mogelijk thuis of op kantoor gebruikt.
Aangezien er slechts één telefoonsnoer wordt geleverd, hebt u voor deze installatie
mogelijk extra snoeren nodig.
3. Maak met een extra telefoonsnoer een verbinding van de DSL-filter naar de
wandcontactdoos.
4. Voer een faxtest uit.
Bijlage C
182
Bijkomende faxinstallatie